Probleemdefinitie (of probleemstelling)

In deze stap probeer je eerst je probleem en je doel uit te zoeken.

Lego voorbeeld

Probleem: Je hebt een hoop Legoblokjes maar je weet niet hoe je een kasteel kan bouwen.
Doel: Je wilt een kasteel van Legoblokjes hebben.

Oefeningen

Oefening 1

Welke van deze 2 afbeeldingen zou dan het probleem zijn, en welke van de 2 het doel?

Oefening 2

Stel het is lunchpauze en je wilt je lunch eten.
Welke van deze afbeeldingen zou het probleem zijn, en welke het doel?
Je moet dus 2 afbeeldingen uitkiezen.

Een sandwich opeten	Een sandwich bereiden
Brood snijden	Een lege brooddoos

Oplossingen

Oefening 1

De stapel papieren is het probleem en het vliegtuig is het doel.

Waarom?
De stapel papier is de situatie waarmee je begint.
Je hebt een stapel papier maar je weet niet hoe je het kan omvormen tot een papieren vliegtuigje. Dat is dus een probleem dat je kan proberen oplossen.

Het vliegtuig is het resultaat dat je wilt bereiken, dus dat is je doel.

Oefening 2

Het is lunchpauze, dus je doel is om iets te eten.
Het doel hier is de afbeelding waar de sandwich wordt opgegeten.

Het probleem is dus dat je brooddoos leeg is.

De andere foto’s duiden stappen aan om een sandwich te bereiden.
Dit zijn geen problemen of doelen maar de stappen die worden uitgevoerd om van een probleem tot een doel te komen.