Online cursus presentaties maken
- 1. Waarvoor worden presentaties gebruikt?
- 1.1 Inleiding
- 1.2 Jaarresultaten voorstellen
- 1.3 Een nieuw product voorstellen
- 1.4 Een bedrijf voorstellen
- 1.5 Virtuele achtergrond
- 2. Een bestaande presentatie gebruiken
- Welke software bestaat er om presentaties te maken?
- Een bestaande presentatie openen
- Een presentatie starten en stoppen
- Navigeren door je presentatie
- ✏️ Oefening: Een bestaande presentatie gebruiken
- 3. Zelf een presentatie maken
- Een nieuwe presentatie maken
- Objecten invoegen
- Tekst en opsommingen invoegen
- Afbeeldingen invoegen
- 📝 Oefening: Huisdieren
- 📝 Oefening: Antwerpen
- Video's invoegen
- Geluid toevoegen
- Koppelingen toevoegen
- Achtergrond opmaken
- 📝 Oefening: New York City
- 📝 Oefening: Favoriete serie
- 4. Waarop moet je letten bij het maken van een presentatie?
1. Waarvoor worden presentaties gebruikt?
1.1 Inleiding
Presentaties worden voornamelijk gebruikt om te helpen bij het overbrengen van informatie.
Als je bijvoorbeeld een voordracht moet geven over je huisdier kan een presentatie helpen om het publiek een foto of video te tonen zodat ze weten hoe je huisdier er uit ziet.
Het gebruik van beelden kan ook helpen om je publiek ook meer geïnteresseerd te houden.
Presentaties kunnen ook helpen om dingen op een andere, duidelijkere, manier voor te stellen.
Als je bijvoorbeeld de eigenschappen van honden en katten gaat vergelijken in je presentatie is het duidelijker om een diagram te tonen in plaats van gewoon alle eigenschappen op te sommen.
Dit kan je publiek helpen om je onderwerp beter te verstaan.
Vergelijk de onderstaande 2 dia's.
Ze tonen de zelfde gegevens, maar op een andere manier.
Op de 2e dia is het duidelijker welke eigenschappen bij elk dier horen en welke eigenschappen gemeenschappelijk zijn.
1.2 Jaarresultaten voorstellen
Een bedrijf kan een presentatie gebruiken om het jaarresultaat voor te stellen aan werknemers of aandeelhouders.
De volgende stukken informatie kunnen aan bod komen:
- Hoe goed of slecht deed het bedrijf het?
- Hoeveel was de winst of het verlies?
- Met hoe veel werknemers is het bedrijf gegroeid dit jaar?
- Komt de werkelijke winst overeen met de planning?
Als de cijfers er goed uit zien is dan is het misschien een goede moment om voor opslag te vragen?
1.3 Een nieuw product voorstellen
Deze video toont hoe Steve Jobs de eerste iPhone voorstelde aan de wereld.
De features van het nieuwe product (de iPhone) worden vergeleken met de huidige producten die bestaan.
Daarna worden de prijzen van beide producten vergeleken.
1.4 Een bedrijf voorstellen
Een presentatie kan ook gebruikt worden om een bedrijf zelf voor te stellen aan nieuwe klanten of potentiële partner bedrijven.
Hierin kan het bedrijf uitleggen wat het juist doet en welke dingen het bedrijf belangrijk vindt (de kernwaarden van een bedrijf).
1.5 Virtuele achtergrond
In theater optredens zijn er vaak allerlei stukken meubels of versiering. Dit noemt men "het decor".
Dit zijn vaak grote stukken meubels of veel kleine aparte stukken.
Het vergt dus veel tijd om tussen scenes door het decor te wijzigen.
Om tijd te besparen worden sommige stukken decor soms geprojecteerd.
Om dan te wisselen van decor moet er gewoon een andere afbeelding getoond worden in plaats van al de verschillende stukken meubilair te verplaatsen.
2. Een bestaande presentatie gebruiken
Welke software bestaat er om presentaties te maken?
Er bestaan verschillende programma's om presentaties te maken.
Een paar voorbeelden zijn:
Een paar andere voorbeelden, die enkel in de webbrowser werken zijn:
Het programma dat we in deze cursus zullen gebruiken is Microsoft PowerPoint.
Dit is het meest bekendste presentatieprogramma en wordt in veel bedrijven gebruikt.
Een bestaande presentatie openen
Een PowerPoint presentatie wordt opgeslagen in een bestand met de extensie .pptx
Als je hierop dubbelklikt wordt het bestand geopend in PowerPoint.
De verschillende weergaven van PowerPoint
1. Bewerk weergave
Wanneer je PowerPoint opent dan kom je standaard in de bewerk weergave terecht.
Deze ziet er zo uit:
In deze weergave heb je de mogelijkheid om:
- Meer dia's toe te voegen of dia's te verwijderen
- Aan te passen welke objecten er op de dia's getoond worden (tekst, afbeeldingen, video's, geluid, ...)
- Welke overgangen er getoond worden bij het gaan van één dia naar een andere dia.
- Of er bepaalde animaties moeten gebeuren met de objecten op een dia.
- En nog vele andere aanpassingen.
Samengevat kan je dus de inhoud van je presentatie aanpassen in deze weergave.
Hoe de bewerk weergave werkt zien we in een later deel van de cursus.
2. Presenteer weergave
Wanneer je klaar bent met je presentatie te bewerken kan je de presentatie gaan gebruiken.
Hoe je dit doet zie je in het volgende stuk: 2.3 De presentatie weergave gebruiken
De presentatie weergave gebruik je om je presentatie af te spelen voor je publiek.
In deze weergave worden alle functies om de dia's te bewerken verborgen.
Je krijgt enkel je dia's zelf te zien en kan tussen de dia's navigeren.
Je animaties en dia overgangen worden nu ook getoond.
Een presentatie starten en stoppen
Je kan de presentatie modus op een paar verschillende manieren starten.
Een presentatie vanaf het begin starten
1. Je kan bovenaan gaan naar Diavoorstelling > Vanaf Begin
2. Je kan rechts onderaan klikken op de knop Diavoorstelling
3. Je kan op de F5 toets drukken op je toetsenbord
Een presentatie starten vanaf de geselecteerde dia
Je kan in de bewerk modus een dia selecteren aan de linkerkant.
Als je dan een van de onderstaande manieren gebruikt zal je presentatie starten vanaf deze dia.
1. Je kan bovenaan gaan naar Diavoorstelling > Vanaf huidige dia
2. Je kan Shift + F5 typen op je toetsenbord.
Een presentatie stoppen
Als je de presentatie weergave wilt stoppen en terug wilt naar de bewerk weergave kan je een van deze opties gebruiken.
1. Op de Esc toets drukken op je toetsenbord
2. Rechterklikken op je dia en op de optie Voorstelling beëindigen klikken.
Deze video overloopt een paar van de opties:
Navigeren door je presentatie
Wanneer je in de presentatie weergave zit dan kan je van de ene naar de andere dia gaan op een paar verschillende manieren.
Naar de volgende dia gaan
Om naar de volgende dia te gaan kan je één van de volgende knoppen indrukken:
- Spatiebalk
- Enter
- Page Down
- Pijltje naar onder of pijltje naar links
- De linker muisknop
Terug naar de vorige dia gaan
Om terug naar de vorige dia te gaan kan je één van de volgende knoppen indrukken:
- Backspace
- Page Up
- Pijltje naar omhoog of pijltje naar links
✏️ Oefening: Een bestaande presentatie gebruiken
Open de presentatie die hieronder staat door op het bestand te klikken.
Speel dan de presentatie af en beantwoord de vragen die hieronder staan.
- Welke objecten kan je op een dia zetten? (noem er minstens 4)
-
Welk object moet je gebruiken om tekst in een dia te plaatsen?
-
Waaraan moet de tekst op een dia van een goede voorstelling voldoen?
-
Wat zijn diaovergangen?
-
Wat zijn animatie-effecten en waarvoor worden ze gebruikt?
-
Wat is een achtergrond?
- Wat zijn thema’s?
-
Zoek in de helpfunctie op hoe je via het toetsenbord (sneltoetsen) een dia activeert waarvan je het volgnummer kent. Test dat dan ook uit.
- Zoek op hoe je vanuit de dia voorstelling een overzicht van alle dia’s kunt opvragen zodat je heel makkelijk een bepaalde dia kunt openen.
3. Zelf een presentatie maken
Een nieuwe presentatie maken
Om een nieuwe presentatie te maken klik je linksboven op Bestand en daarna op de knop Nieuw.
Daar kan je dan kiezen of je een lege presentatie wilt starten of een met een thema.
Thema's worden later uitgelegd.
Een dia toevoegen
Je hebt verschillende manieren om een dia toe te voegen:
- Een snelkoppeling gebruiken: Ctrl+M
- Naar de tab Invoegen gaan en daar Nieuwe dia kiezen
- Rechterklikken in de dialijst en Nieuwe Dia kiezen
- Een dia selecteren in de dialijst en op de Enter toets drukken.
Een dia verwijderen
Een dia verwijderen kan je door:
- Te rechterklikken op een dia en Dia verwijderen te kiezen
- Een dia te selecteren en de Delete toets in te drukken
Objecten invoegen
Om dingen op onze dia's te tonen maken we gebruik van objecten in Powerpoint.
We hebben verschillende soorten objecten die we op onze dia's kunnen zetten.
Een paar voorbeelden:
- Tekst
- Afbeeldingen
- Video's
- Geluidsfragmenten
- Hyperlinks
- (Getekende) Vormen
- Andere objecten zoals grafieken, etc...
In de volgende stukken word er uitgelegd hoe je deze objecten kan invoegen in Powerpoint.
Tekst en opsommingen invoegen
Om op een dia te zetten moeten we gebruik maken van een Tekstvak.
Een tekstvak is een object waarin we tekst kunnen typen.
Van deze tekst kan je ook de opmaak veranderen.
Je kan dus bijvoorbeeld:
- De tekst een andere kleur geven
- Een ander lettertype geven
- Groter of kleiner maken
Een tekstvak invoegen
Om een tekstvak in te voegen kan je gaan naar de tab Invoegen en daar kies je de optie Tekstvak.
Je cursor (muis) verandert nu naar een streepje met een kruis.
Hiermee moet je het tekstvak tekenen.
Klik en sleep met de muis om het tekstvak te tekenen.
Laat dan de muisknop los.
Je kan nu de tekst typen.
Een opsomming gebruiken
Als je een lijst van dingen gestructureerd wil tonen op een dia kan je gebruik maken van een opsomming.
Een opsomming zet tekst in een duidelijke lijst met symbolen of een nummering.
Om een opsomming toe te voegen volg je deze stappen:
- Selecteer een tekstvak dat je eerder hebt toegevoegd
- Klik bovenaan op deze
of deze
knop.
- Elke regel in dit tekstvak wordt nu omgevormd naar een item in de opsomming en krijgt een symbool of nummer links ervan.
Deze knop voegt een opsomming toe met symbolen.
Deze knop voegt een opsomming toe met een nummering.
Het symbool van een opsomming wijzigen
Standaard kijgen opsommingen een bolletje of cijfer als symbool.
Je kan dit symbool wijzigen door:
- Eerst de elementen van je opsomming te selecteren
- Bovenaan te klikken op het pijltje naast de opsomming knop
- Je krijgt nu meer opties voor symbolen te zien.
Klik op het symbool dat je wilt.
Een opsomming met meerdere niveau's maken
Om een opsomming te maken binnen een andere opsomming kan je de Tab toets gebruiken. (Linksboven op je toetsenbord)
- Selecteer de elementen in de opsomming waarvan je het niveau wil wijzigen
- Druk op de Tab toets om het bolletje één niveau dieper (naar rechts) te verplaatsen.
- Als je het bolletje terug naar links wilt verplaatsen gebruik je de toetsencombinatie Shift + Tab.
Als een opsomming in een andere opsomming staat dan wordt dit ook een geneste opsomming genoemd.
Een tekstvak verplaatsen
Om een tekstvak te verplaatsen klik je eerst op de tekst zodat je de rand van het tekstvak te zien krijgt.
Dan zet je je muis op deze rand. Je cursor verandert nu en ziet er zo uit:
Nu kan je de linker muisknop ingedrukt houden en het tekstvak verslepen.
De opmaak van een tekstvak wijzigen
Om de opmaak van tekst te wijzigen moet je eerst op een tekstvak klikken.
Dan selecteer je de tekst in dat tekstvak dat je wilt wijzigen.
Op de tab Start kan je nu bovenaan de tekst opmaak aanpassen.
Een tekstvak verwijderen
- Selecteer het tekstvak (door op de rand van het tekstvak te klikken)
- Druk op de Delete toets.
Afbeeldingen invoegen
In een presentatie kunnen we afbeeldingen gebruiken om het publiek een beter voorbeeld te geven over wat we aan het spreken zijn.
Als je bijvoorbeeld een presentatie doet over je familie en je bent je familieleden aan het voorstellen dan kan je een familiefoto tonen om de leden van je gezin voor te stellen.
Een afbeelding invoegen vanop de pc of het internet
Je kan op verschillende manieren afbeeldingen invoegen in je presentatie.
1. Via het invoegen menu
- Ga naar de Invoegen tab
- Klik op Afbeeldingen
- Klik op Dit apparaat
- Zoek je afbeelding en klik er op
- Klik op Invoegen
2. In je presentatie slepen
Sleep vanuit de verkenner (een Windows map) je afbeelding recht op je dia in Powerpoint.
De afbeelding wordt dan toegevoegd aan je dia.
3. De Invoegen knop op je dia
Als je een nieuwe dia aanmaakt dan worden deze knoppen getoond:
Klik op de knop linksonder.
De verkenner wordt nu geopend zodat je een afbeelding kan zoeken om in te voegen.
4. Online afbeeldingen
Je kan ook afbeeldingen opzoeken op het internet om in te voegen in je presentatie.
- Ga naar de Invoegen tab
- Klik op Afbeeldingen
- Klik op Onlineafbeeldingen
- Typ in de zoekbalk bovenaan in waar je naar op zoek bent.
- Druk op de Enter toets op je toetsenbord.
- Klik op de foto's die je wilt invoegen. (Deze worden aangeduid met een vinkje)
- Klik rechtsonder op Invoegen.
5. Kopiëren en plakken
- Zoek een afbeelding die op je computer staat of ergens op het internet.
- Rechterklik op de afbeelding
- Klik op Kopiëren (of Afbeelding kopiëren)
- Ga terug naar Powerpoint
- Rechterklik ergens op je Dia
- Klik op het plakken icoontje.
Een afbeelding verplaatsen
- Klik op de afbeelding en houd je linker muisknop ingedrukt
- Sleep nu de afbeelding naar ergens anders
- Laat de muisknop los
De grootte van een afbeelding wijzigen
- Klik één maal op de afbeelding.
Er komt nu een rand rond de afbeelding met bolletjes. - Klik op een van de bolletjes en houd je muisknop ingedrukt.
- Sleep je muis.
- Laat muisknop los
Belangrijk: Als je de bolletjes in de hoeken van de foto gebruikt dan worden de hoogte en de breedte tegelijk aangepast.
Maar dat is niet zo als je de andere bolletjes gebruikt. Dan wordt enkel de hoogte óf de breedte aangepast.
Je foto kan er dan "platgedrukt" uitzien.
Het is dus aangeraden om de bolletjes in de hoeken te gebruiken om de grootte van je foto aan te passen!
Een afbeelding naar de achtergrond brengen
Als je een afbeelding invoegt staat deze standaard over alle andere objecten die je al hebt staan, zoals tekstvakken.
Als je een afbeelding achter je tekst wil zetten kan je dit doen:
- Rechterklik op de afbeelding
- Klik op Naar achtergrond.
📝 Oefening: Huisdieren
Onderaan deze opdracht vind je de afbeeldingen die gebruikt zijn in deze presentatie.
Je kan deze downloaden en dan gebruiken in Powerpoint.
- Voor de weetjes is de lettergrootte 28pt
- De top 3 bij elk dier heeft de lettergrootte 24pt
- Gebruik de juiste symbolen bij de opsommingen!
|
|
|
|
|
|
|
|
Afbeeldingen die je kan gebruiken
📝 Oefening: Antwerpen
Maak een presentatie over de stad Antwerpen.
Je presentatie moet minstens 7 dia's inhouden:
- 1x Titeldia: Je kiest zelf de opmaak voor deze dia
- 1x Overzichtsdia: Hier maak je een opsomming van de onderwerpen die je zal behandelen in je presentatie.
- 5x Inhoudsdia's
Waar de inhoudsdia's over gaan mag je zelf kiezen.
Een paar voorbeelden van onderwerpen zijn de volgende:- De geschiedenis van Antwerpen
- Monumenten/Gebouwen
- Bekende personen
- Streekproducten
- Elk van je inhoudsdia's moet één of meerdere foto's hebben.
- Elk van je dia's moeten notities hebben.
In de notities van je dia schrijf je de uitleg die je zou zeggen wanneer je de presentatie écht zou presenteren.
Dus je geeft meer uitleg over wat er op je dia getoond wordt. Je moet minstens 15-30 seconden kunnen praten per dia.
Het notitievak kan je tonen door te gaan naar de tab beeld en dan op de knop Notities te klikken (in het midden van het lint).
De afbeeldingen zoek je zelf op het internet.
Video's invoegen
Je kan ook video's op een dia zetten om de aandacht van je publiek te trekken.
Deze video's kunnen komen van videobestanden op je PC of van een online videodienst zoals Youtube of Vimeo.
Meer info over welke types videobestanden je kan invoegen kan je hier vinden.
Video invoegen van je computer
Een video bestand dat op je computer staat toevoegen aan een presentatie werkt op de zelfde manier als een afbeelding toevoegen.
1. Via het invoegen menu
- Ga naar de Invoegen tab
- Klik op Video (Als je dit niet ziet moet je eerst op Media klikken)
- Klik op Dit apparaat
- Zoek je video bestand en klik er op
- Klik op Invoegen
2. Kopiëren en plakken
- Zoek een video die op je computer staat.
- Rechterklik op het videobestand
- Klik op Kopiëren
- Ga terug naar Powerpoint
- Rechterklik ergens op je Dia
- Klik op het plakken icoontje.
3. Slepen
Sleep vanuit de verkenner (een Windows map) je video bestand recht op je dia in Powerpoint.
De afbeelding wordt dan toegevoegd aan je dia.
Een Youtube video invoegen
- Zoek een youtube video op en kopiëer de link van de video.
- Ga naar de Invoegen tab
- Klik op Video (Als je dit niet ziet moet je eerst op Media klikken)
- Klik op Onlinevideo
- Plak de link in het invoerveld bovenaan.
- Klik op de Invoegen knop rechtsonder.
- Klik op Invoegen
Extra video instellingen
Je kan extra instellingen instellen op een video die je hebt ingevoegd.
Afspelingsinstellingen
Deze instellingen kan je wijzigen door de video te selecteren en dan rechtsboven op de tab Afspelen te klikken.
Met deze instellingen kan je veranderen hoe de video zal afspelen.
Bijvoorbeeld:
- De video automatisch laten afspelen wanneer de dia getoond wordt.
- De video automatisch terugspoelen wanneer hij geëindigd is.
- De video automatisch op volledig scherm laten afspelen als hij gestart wordt.
TIP
Als je het automatisch afspelen combineert met het automatisch terugspoelen kan je een video oneindig lang laten afspelen.
Opmaakinstellingen
Deze instellingen kan je wijzigen door de video te selecteren en dan rechtsboven op de tab Video-indeling te klikken.
Met deze instellingen kan je veranderen hoe de video zal worden weergegeven.
Geluid toevoegen
Op dia's kan je audio bestanden invoegen.
Deze kan je gebruiken om achtergrond muziek te spelen of extra uitleg te geven over je dia.
Meer info over welke types audiobestanden je kan invoegen kan je hier vinden.
Audio invoegen van je PC
- Ga naar de Invoegen tab
- Klik op Audio (Als je dit niet ziet moet je eerst op Media klikken)
- Klik op Audio op mijn PC
- Zoek je audio bestand en klik er op
- Klik op Invoegen
Koppelingen toevoegen
Binnenin je presentatie kan je koppelingen leggen naar websites of andere plaatsen in je presentatie.
Met deze koppelingen kan je makkelijk navigeren tussen je dia's heen of snel naar een website gaan.
Hier een voorbeeld wat een koppeling juist doet:
Deze presentatie heeft 3 dia's, en op dia 1 staat een koppeling. (de tekst hier)
Als je op deze tekst klikt tijdens het presenteren dan wordt je direct naar dia 3 gestuurd zonder dia 2 te tonen.
en koppeling zorgt er dus voor dat je op een object kan klikken en direct wordt doorgestuurd naar een andere dia of een website.
Een koppeling kan je op de volgende manier invoegen:
- Selecteer een object in je presentatie.
(Klik hier als je niet meer weet wat een object is) - Ga naar de tab Invoegen
- Klik op de knop Koppeling
- Nu zie je dit venster:
Koppeling naar een andere dia
- Klik links op Plaats in dit document
- Kies een van je dia's onder Diatitels
Als je nu op deze koppeling klikt tijdens het presenteren dan ga je direct naar Dia 3.
Dia 2 wordt dus overgeslagen.
Koppeling naar een website
- Vul onderaan naast Adres de link in van de webpagina naar waar je wilt linken.
Als je op deze koppeling klikt tijdens het presenteren dan wordt je browser geopend en zal deze de website https://wikipedia.com laden.
Achtergrond opmaken
📝 Oefening: New York City
Onderaan deze opdracht vind je de afbeeldingen en video's die gebruikt zijn in deze presentatie.
Je kan deze downloaden en dan gebruiken in Powerpoint.
Elke video die in de presentatie gebruikt wordt moet:
- Automatisch beginnen spelen als de dia getoond wordt
- Terug vanaf het begin beginnen spelen als de video afgelopen is. (De video blijft dus herhalen)
Deze achtergrond is een video die blijft spelen. |
Het object aan de rechterkant is een video die blijft spelen. Belangrijk: De items in de opsomming zijn koppelingen naar de juiste dia's. |
Het object aan de linkerkant is een video die blijft spelen. |
De gebruikte afbeeldingen
- liberty.png
- centralpark1.jpeg
- centralpark2.jpeg
- centralpark3.jpeg
- centralpark4.jpeg
- gct.jpeg
- Times Square.jpeg
- MOMA1.jpeg
- MOMA2.jpeg
- MOMA3.png
De gebruikte video's
📝 Oefening: Favoriete serie
Vereisten
Maak een presentatie over je favoriete serie.
De presentatie moet minstens 6 dia's inhouden.
Zie dat je presentatie zeker de volgende dingen bevat:
(zie onderaan voor tips als je vast zit)
- 1 overzichtsdia die de andere dia's oplijst.
Elk van de items in de lijst moet een link hebben naar de juiste dia in je presentatie. - Minstens één van je dia's moet een video bevatten.
- Minstens één van je dia's moet een achtergrondgeluid bevatten.
- Één pagina waarop de volgende info staat:
- De IMDB score van de serie (IMDB is een website waarop informatie staat van series. Dit is de link: https://imdb.com)
- Hoe veel seizoenen de serie heeft.
- Een link naar de imdb pagina van de serie
- 2 Andere dia's die je zelf mag kiezen.
- Zie dat je zeker op minstens 2 dia's ook afbeeldingen gebruikt.
Tips voor als je vast zit
- Voor de video kan je een trailer van de serie van Youtube gebruiken
Als je een Youtube video wilt downloaden kan je deze website gebruiken. - Voor het achtergrond geluid kan je op deze websites gratis muziek vinden en downloaden:
- Ideeën voor de andere 2 dia's:
- Een dia over de karakters of de acteurs van de serie
- Een dia over het plot (het verhaal)
- Een dia over je favoriete aflevering
- Jouw eigen review van de serie.
Je beoordeelt dus de serie en zegt wat je er goed of slecht aan vindt. - Een dia waarop je andere, gelijkaardige series noemt.
Op deze dia kan je de posters van deze series tonen en linken naar hun IMDB pagina.
4. Waarop moet je letten bij het maken van een presentatie?
Een overzichtsdia
Het is een goed idee om als eerste of tweede dia een overzichtsdia te tonen.
Deze dia legt uit welke onderwerpen je zal bespreken in de rest van de presentatie.
Zo heeft het publiek al een idee wat ze kunnen verwachten.
Denken in beelden
Bij het maken van een presentatie moet je er rekening mee houden dat je meer kan tonen dan enkel tekst.
Dit kan vaak helpen je presentatie veel duidelijker te maken.
Voorbeeld 1: Stappenplan
Neem bijvoorbeeld deze dia:
Deze dia legt een stappenplan uit waarin er in een bepaalde stap een keuze moet gemaakt worden.
Maar op de manier dat het hier is voorgesteld is dit niet direct duidelijk.
We kunnen het stappenplan op een grafische manier weergeven zodat de keuze die gemaakt moet worden direct opvalt.
Bijvoorbeeld zo:
Voorbeeld 2: Vergelijken van dieren
Om de eigenschappen van katten en honden te vergelijken zouden we een dia maken waarin alle gezamenlijke en verschillende eigenschappen op opgesomd staan.
Zoals deze dia bijvoorbeeld:
Maar op deze manier is het niet snel duidelijk welke eigenschappen enkel voor honden of katten zijn en welke gelden voor beide dieren.
We zouden dit beter grafisch kunnen voorstellen aan de hand van een Venn diagram bijvoorbeeld.
Nu kunnen we snel zien welke eigenschappen bij welk dier horen.
Belangrijk: Denken in beelden betekent dus niet gewoon overal foto's bij plaatsen.
Het betekent je dia op een grafische manier voorstellen zodat ze makkelijker te verstaan is dan wanneer je enkel tekst zou gebruiken.
K.I.S.S principe (Keep it simple, stupid)
Het K.I.S.S. principe komt in veel verschillende sectoren voor.
In het geval van presentaties maken betekent het dat we onze dia's niet te moeilijk mogen maken.
Dit doen we door:
- Niet te veel tekst op onze dia's te zetten (de 1-6-6 regel genoemd)
- Onze tekst aan te passen aan ons publiek
De 1-6-6 regel
Deze regel zegt dat we niet te veel tekst op onze dia's mogen zetten.
Een presentatie dient als ondersteuning van een voordracht.
Dia's moeten dus niet veel tekst bevatten, de meeste uitleg zal komen van wat de presentator zegt.
De cijfers betekenen het volgende:
- 1 Onderwerp per dia
- Maximum 6 zinnen per dia
- Maximum 6 woorden per zin
Deze dia volgt de 1-6-6 regel niet:
De dia heeft meerdere zinnen en veel van de zinnen bevatten meerdere woorden.
Het publiek van deze presentatie zal te veel aandacht verliezen door de hele tekst te proberen lezen en zullen minder aandacht hebben voor wat de presentator aan het uitleggen is.
Het had beter geweest om een paar belangrijke delen uit de tekst te halen en deze in een kleine opsomming te zetten.
De rest van de uitleg kan dan verteld worden door de presentator.
Een beter voorbeeld:
Het taalgebruik aanpassen aan je publiek
De taal en woorden die je gebruikt in je presentatie en op je dia's moet natuurlijk taalgebruik zijn dat je publiek verstaat.
Als een wetenschapper een bepaald onderwerp zal uitleggen aan andere wetenschappers zal die moeilijkere woorden gebruiken dan wanneer hij dat moet uitleggen aan een klas van middelbare school leerlingen.
Let dus op dat je:
- Een taal gebruikt die je publiek verstaat.
Nederlands spreken tegen een Franstalig publiek zal niet nuttig zijn. - Geen dialect gebruikt.
Niet elk dialect gebruikt de zelfde woorden.
Als een West-Vlaming een presentatie geeft over "e seule en e stutte", weet jij dan waarover het gaat? - Geen jargon (vaktaal)
Vele beroepen gebruiken een eigen woordenschat of vaktaal.
Als je een presentatie geeft voor collega's kan je gerust jargon gebruiken want je collega's kennen deze woorden.
Maar als je iets moet uitleggen aan een klant zal je misschien andere woorden moeten gebruiken omdat de klant je jargon niet kent.
Kortom, je moet dus weten wie je publiek zal zijn en je moet dus je taalgebruik daarop afstemmen.
Een voorbeeld:
Deze dia kan je niet gebruiken in een klas van middelbare school leerlingen omdat de niet alle woorden zullen begrijpen die hierop staan.
Maar als je de zelfde dia zou gebruiken voor een zaal vol oude priesters dan zal je geen probleem hebben.
De priesters kennen Latijn en hebben meer kennis van bepaalde woorden die binnen hun beroep gebruikt worden.
Deze dia die het zelfde zegt kan je dan weer wel gebruiken voor een klas leerlingen:
Het taalgebruik is aangepast aan het publiek.
Animaties en dia overgangen
Als je animaties en dia overgangen gebruikt, let dan op de volgende dingen:
- Gebruik niet te veel verschillende types animaties of overgangen door elkaar.
- Gebruik niet te veel animaties op 1 dia
Een goede leidraad is: Kies 1 overgang en blijf deze gebruiken doorheen je presentatie.
Kies 1 of 2 types animaties en blijf deze zelfde gebruiken doorheen je presentatie.
Contrast en kleurgebruik
Contrast duidt het verschil aan tussen 2 kleuren.
Hoe dichter de kleuren bij elkaar liggen hoe moeilijker ze te onderscheiden zijn.
Daarom is het dus belangrijk om rekening te houden met de kleur van je tekst en je achtergrond.
De kleuren mogen niet te dicht bij elkaar liggen, anders wordt de dia moeilijk om te lezen.
Bekijk onderstaande voorbeelden, de tekst is zeer moeilijk leesbaar.
Hier had de oplossing geweest om de tekstkleur donkerder te maken.
Of om de achtergrond heel donker te maken, zodat de felle gele tekst duidelijker leesbaar zou zijn.
Hier had het beter geweest om de tekst wat donkerder te maken en de achtergrond wat lichter of doorzichtiger
Leesbaarheid
De tekst op je dia's moet zo goed mogelijk leesbaar zijn.
Hiervoor moet je op een paar dingen letten
Lettertype
Kies een lettertype dat makkelijk leesbaar is.
Meng ook niet te veel verschillende lettertypes door elkaar.
De dia hierboven volgt deze regels niet.
Uitlijning
Uitlijning duidt aan waar de tekst gealiëneerd staat. Links, rechts of in het midden van de dia.
In de dia hierboven is het niet duidelijk dat de 3 laatste puntjes eigenlijk onder het punt "Zette zich in voor" horen.
Tekstgrootte
Let er ook op dat je tekst groot genoeg is.
Mensen die achteraan de zaal zitten zullen op deze dia niet veel kunnen lezen.
📝 Groepspresentatie
Deze oefening zal volledig online plaatsvinden.
Je krijgt een partner toegekend waarmee je samen een presentatie zal maken met de online versie van powerpoint.
Je communiceert alleen via de chat! Je praat niet in de klas.
Met de online versie van powerpoint kan je samen tegelijk een presentatie maken.
Als de ene persoon iets bewerkt dan zal de andere persoon deze wijzigingen ook onmiddelijk zien.
Wie is je partner?
- Ga naar https://teams.microsoft.com/ en log in met je schoolaccount.
- Klik links op Teams
- Kies het team waar "ICT 3e jaren" in de naam staat
- Links onder kanalen zie je een kanaal staan.
- Klik op dat kanaal (Niet het kanaal Algemeen, maar het andere).
- Als je niets ziet kan je op de knop Nieuw gesprek klikken.
Je kan nu met elkaar chatten!
Vereisten
Je kiest samen met je groepspartner een onderwerp uit om een presentatie over te maken.
Je presentatie moet voldoen aan de volgende eisen:
- Ze houdt rekening met de regels van een goede presentatie.
- 1 overzichtsdia met koppelingen naar de juiste dia's.
- 7 Inhoudsdia's die je zelf kiest. Deze dia's gaan over je gekozen onderwerp.
- Elk van deze objecten moet minstens 1x voorkomen in je presentatie.
- Afbeeldingen
- Video's
- Opsommingen
- Koppelingen
- Geef je presentatie een mooie opmaak.
Gebruik ook kleuren, afbeeldingen of video's als achtergrond.
Zie dat je overeen komt met je partner over de opmaak. - Voorzie ook weer notities bij elke dia.
Deze notities houden de tekst in die jullie zullen zeggen bij het tonen van deze dia.
Verschillen met de offline versie van Powerpoint
- Je kan enkel koppelingen maken naar websites, niet naar dia's in de presentatie.
Leg dus bijvoorbeeld links naar de webpagina's waar je je info hebt gevonden.
📝 Presentatie over je zelf
Vereisten
- Een titeldia met daarop:
- Je naam
- Schooljaar
- Naam van de school
- Klas
- Een overzichtsdia
- Hierop benoem je welke onderwerpen aan bod zullen komen in je andere dia's.
- Leg hyperlinks van deze dia naar de andere dia's.
- Maak 5 inhoudsdia's
- Deze dia’s lichten elks een ander onderdeel van jou toe.
Voorbeelden van mogelijke onderdelen:- Je hobby’s en interesses
- Je afkomst
- Je familie
- Je vrienden
- Je toekomstplannen
- Je favoriete gerechten
- Je favoriete artiesten/zangers
- Iets anders over jezelf
- Schrijf bij elke dia in de notities ook wat je juist gaat vertellen wanneer de dia getoond
wordt. Je hele presentatie moet ongeveer 5 minuten duren als je ze echt zou
voordragen dus voorzie voldoende tekst.
- Deze dia’s lichten elks een ander onderdeel van jou toe.
- Pas de kleuren van je presentatie aan naar kleuren die jij vindt die bij je passen.
- Denk hierbij aan de kleur van de achtergrond, de tekst, ...
- Maak gebruik van beelden om je woorden bij te staan
- Houd rekening met de regels van een goede presentatie